Tijdens de Uiendag 2025 is de nieuwe fusariumtoets officieel gelanceerd. Deze toets geeft meer inzicht in de aanwezigheid en risico’s van Fusarium in percelen. De toets is ontwikkeld vanuit het meerjarige UIreka-onderzoek en is vanaf nu beschikbaar voor telers.
Fusarium is gezien als een van de grootste problemen in de Nederlandse uienteelt. Vooral Fusarium oxysporum sp. cepae (FoC), veroorzaakt de zwaarste schade. De schimmel tast de wortels aan, dringt door tot in de bol en kan zowel tijdens de teelt als in de bewaring tot grote uitval leiden.
Fusariumtoets
De nu gelanceerde fusariumtoets is het resultaat van jarenlang onderzoek binnen het UIreka-programma. Onderzoeker Paul van Eijk (WUR) benadrukt het belang: “De fusariumtoets geeft telers concreet inzicht in de aanwezigheid en het risico van de schimmel. Daarmee hebben ze een praktisch hulpmiddel in handen om tijdig maatregelen te nemen en zich beter voor te bereiden op zowel de bewaring als het volgende teeltseizoen.”
De toets is voor de komende tien jaar uitgevoerd door HLB/De Groene Vlieg en is nu beschikbaar voor alle telers.
Onderzoek als basis voor de toets
Sinds 2017 is binnen het UIreka-programma uitgebreid onderzoek gedaan naar de aard en verspreiding van Fusarium. Dat heeft ondermeer geleid tot:
- Bemonsteringsmethoden: bij matige tot zware besmetting blijken de sporen redelijk homogeen door de bouwvoor verdeeld, waardoor een systematische bemonstering betrouwbaar is.
- Moleculaire detectie: er is een toets ontwikkeld die FoC al kan aantonen vanaf enkele sporen per gram grond. Deze methode kan bovendien onderscheid maken tussen FoC en andere Fusarium-soorten.
- Schadedrempels: proeven bevestigen een duidelijk dosis-effect: hoe meer sporen aanwezig, hoe groter de schade in veld en bewaring. Schade begint al rond 10 sporen per gram grond; bij 100 tot 1.000 sporen per gram is er sprake van serieuze risico’s op uitval in het veld en rot tijdens de bewaring.
- Beheersmaatregelen: compostering blijkt zeer effectief in het afbreken van besmet materiaal, terwijl mesofiele vergisting en inundatie de sporendruk wel aanzienlijk verlagen, maar het pathogeen niet volledig uitschakelen.
Bron: Groen Kennisnet




