De komende periode krijgen telers zeer waarschijnlijk te maken met een groeiende infectiedruk van schimmels. Dat betekent nauwkeurig het schema volgen in de aardappelen en in de uien en peen vroeg starten met preventief spuiten. En scherp zijn op aantastingen in de suikerbieten. Twee Crop Advisors van Syngenta schetsen de meest effectieve bestrijding van schimmels in de diverse gewassen.
“Laat je niet verrassen door phytophthora”, waarschuwt Crop Advisor Akkerbouw Philip Buijck bij Syngenta. “De phytophthora-druk is tot nu toe dit jaar minder in vergelijking met andere jaren, maar er blijven altijd her en der besmette aardappelplanten achter. Het gewas groeit explosief, er is meer vocht en er zijn meer dauwnatte nachten. Dat alles vraagt om nauwkeurig blijven vasthouden aan het schema.”
Buijck vervolgt: “In het verleden hebben we gezien dat het schema strak aanhouden en doseren op niveau de beste resultaten geeft. En blijf scherp op mengen en afwisselen.” Voor dat laatste kijkt hij graag naar Denemarken. “Daar hebben ze succesvol het mengen en afwisselen ingezet, met een zeer beperkt aantal toegelaten werkzame stoffen. We zien daar dat stammen gevoelig blijven en dat minder gevoelige stammen, waaronder de EU-43, zijn teruggedrongen.” Ook in Nederland boekte deze aanpak afgelopen teeltseizoen al goede resultaten.
Drie werkzame stoffen ineen
Voor de tweede helft van het seizoen heeft Syngenta sinds dit jaar een combinatie beschikbaar: Evagio® Vamos® Pack. Het bevat drie werkzame stoffen, ieder uit een andere groep. “Het geeft een goede bladbescherming én een goede knolbescherming”, aldus Buijck. “Voordeel van het pack is dat het een mengproduct is en dat het goed past in het schema van mengen en afwisselen. Het geeft daarmee een stukje gebruiksgemak en een goede optie om het schema later in het seizoen sluitend te krijgen.”
Monitoren in de suikerbieten
Ook voor bladschimmels in de suikerbieten heeft Crop Advisor Buijck een helder advies: “Loop door het gewas, blijf monitoren en inspecteren. De eerste aantasting gezien? Meteen spuiten.” Door het vroege, warme en droge voorjaar staat het gewas er echt anders bij dan de afgelopen jaren. “Het gewas staat nu, begin juni, al dicht, waardoor het gewas langer nat blijft met als gevolg een hogere luchtvochtigheid. Als er dan sporen zijn, dan hebben die de ideale omstandigheden om te ontwikkelen.”
Met Tern® en Bicanta® heeft Syngenta een prima optie om te mengen. “Dan heb je drie actieve stoffen met een brede werking tegen alle bladvlekkenziekten, dus cercospora, ramularia, roest en echte meeldauw.” Buijck raadt aan om te starten met de combinatie Tern/Bicanta en daarna af te wisselen met een product met een andere werkzame stof. “En let op: onderzoek wijst uit dat een interval van veertien dagen tussen de eerste twee bespuitingen tot de beste resultaten leidt. Een te groot interval tussen die bespuitingen geeft zoveel ziektedruk aan het eind van de rit, dat krijg je dan niet meer onder controle.”

Uien: begin op tijd
“Begin op tijd met preventief spuiten tegen met name valse meeldauw.” Dat is het belangrijkste advies van Steven Dorrestijn, Crop Advisor Akkerbouw en vollegrondsgroenten bij Syngenta. “Start met spuiten als de eerste drie of vier pijpjes aanwezig zijn, dan houd je de valse meeldauw beter onder controle.” Het voorjaar was droog en Dorrestijn legt uit dat de ui dan reageert op vochttekort. “Die laat de pijp dan niet te hard groeien. Maar zodra het gaat regenen, vindt er snelle groei plaats. Dus houd de groei goed in de gaten om op tijd te beginnen met spuiten, want er zijn geen curatieve middelen meer.”
Valse meeldauw gedijt het best bij een hoge luchtvochtigheid en een gematigde temperatuur, zo tussen tien en twintig graden. “En bedenk dat de temperatuur net boven het maaiveld vaak ietsjes warmer is dan op neushoogte”, waarschuwt Dorrestijn. “Als het blad lang nat blijft, door dauw of regen en bij weinig zon, dan slaat de valse meeldauw toe. Wees dus superalert op de groeisnelheid en weersveranderingen.”
Resistentie grootste bedreiging in uien
Binnen het beperkt aantal beschikbare middelen is er ook nog eens overlap in werkzame stoffen van deze middelen. “Afwisselen is daarmee een probleem. Het is echt lastig om een anti-resistentieschema te ontwikkelen”, aldus Dorrestijn. “Begin met Azoxystrobine met een hulpstof in het drie tot vier pijpjes stadium, gevolgd door Orondis Plus Amistar en daarna Fandango. De werkzame stof van Fandango en Kenbyo komt ook uit de groep van de strobilurinen, net als Amistar. En let op dat je Orondis Plus maar één keer per drie weken kunt gebruiken. Dan is er nog Zorvec Epicaltrin plus Kenbyo Enicade, maar dat heeft weer dezelfde actieve stof als Orondis Plus, en komt uit dezelfde chemische groep als Orondis Plus Amistar.” De Crop Advisor concludeert: “Het is echt puzzelen. Goed blijven afwisselen, en daarbij letten op de werkzame stoffen.” Hij benadrukt: “En kom echt iedere week terug in het gewas, of gebruik een beslissingsondersteunend systeem.”

Echte meeldauw in peen
Voor de peen kijkt de Crop Advisor Dorrestijn graag even vooruit naar de bewaarpeen. “In peen voor de versmarkt is de druk nooit zo hoog, één of twee bespuitingen met Amistar Top is vaak voldoende. Maar straks in de bewaarpeen is het oppassen voor echte meeldauw. Die schimmel houdt van droog weer en komt snel tevoorschijn als er weinig vocht beschikbaar is voor de plant. Inspecteer als teler dus regelmatig het gewas.” Verder speelt Alternaria dauci een rol in peen, die meestal opduikt na schade door echte meeldauw. “Des te meer reden om het gewas schoon te houden”, aldus Dorrestijn.
Ook in peen: begin op tijd
Ook in de bewaarpeen geldt het advies om vroeg te beginnen met preventief spuiten. “Je krijgt echte meeldauw niet weg als het eenmaal in het gewas zit. Of je spuit je arm”, waarschuwt Dorrestijn. “Monitor het gewas om de dag als het vijf centimeter boven staat. En start met preventief spuiten als het gewas tien tot vijftien centimeter boven staat. Dat is vaak eind juli.” Daarvoor heeft Syngenta Amistar Top beschikbaar, met twee actieve stoffen. “Dat is een sterk middel op echte meeldauw en alternaria. Amistar Top is zeer geschikt voor de eerste bespuiting. Voor de lange bewaring is het advies om de eerste twee bespuitingen met Amistar Top te doen, gevolgd door Score en Taegro met Elasto 5G.”

Voor de biologische peen
Biologische telers moeten extra alert zijn en vroeg starten met preventief spuiten. “Voor hen is starten met Taegro met Elasto 5G het beste. Ook hebben we Ravibis beschikbaar, dat alleen werkzaam is tegen echte meeldauw. Beide middelen zijn uiteraard Skal-gecertifieerd.” Dorrestijn voegt toe: “En onze hulpstof Elasto 5G staat op de biologische inputlijst van Skal, wat betekent dat het in de biologische teelt mag worden gebruikt.”
Tekst: Kirsten van Valkenburg
Beeld: Syngenta Crop Protection




