LTO heeft een overzicht gemaakt van de laatste wetenschappelijke stand van zaken rond gewasbeschermingsmiddelen. Deze leidraad is vooral bedoeld om op lokaal niveau het gesprek aan te gaan met politici en ambtenaren die vragen hebben over de inzet van deze middelen.
LTO ziet dat veel gemeenten worstelen met de vraag of en op welke wijze gewasbeschermingsmiddelen binnen de gemeentegrenzen gebruikt kunnen zijn. Binnen de nieuwe Omgevingswet kunnen gemeenten daar in hun beleid mede vorm aan geven. In sommige gemeenten leidt dit tot discussies.
Wetenschap moet leidend zijn
Vanuit LTO vinden we het goed dat het gesprek over de inzet van gewasbeschermingsmiddelen gevoerd is. Maar het is wel van belang om dit gesprek te voeren op basis van actuele juridische informatie en wetenschappelijke kennis. Met dit manifest hopen ze een bijdrage te leveren aan dat goede gesprek.
LTO: “Alle belangen afwegen”
“Bij het uitwerken van een gemeentelijk omgevingsplan moeten álle belangen zijn afgewogen, zoals economie, ecologie en gezondheidsrisico’s. Wij zijn voorstander van gesprekken tussen gemeenten, agrariërs en omwonenden om die afweging zorgvuldig te maken”, zegt Ron Mulders, portefeuillehouder Gezonde Planten bij LTO.
Mulders vervolgt: “Tuinders, telers en kwekers investeren voortdurend in het verminderen van de inzet van chemische middelen. Daarin zet de Nederlandse tuinbouw echt grote stappen. Maar een feit is ook dat veel producten simpelweg niet gemaakt kúnnen zijn zonder gewasbeschermingsmiddelen. Bijvoorbeeld omdat groene alternatieven (nog) niet beschikbaar zijn. En afnemers kritisch zijn op producten met een vlekje en een plekje. Het beleid moet recht doen aan die balans. Daarover gaan de regionale bestuurders van LTO graag het gesprek aan met gemeenten.”
Lees de volledige leidraad hier.
Bron: LTO Noord
