De eerste helft van september is bij uitstek geschikt om een meerjarige gras-kruidenrand aan te leggen. De kans op een goede opkomst is groot en er is genoeg tijd voor de rand om voldoende massa te ontwikkelen voor de winter. Bovendien bloeit de rand volgend voorjaar op tijd, wat bijdraagt aan biodiversiteit en natuurlijke bestrijding van ongedierte.
Najaarszaai op vrijgekomen kopakkers
Najaarszaai vindt vooral plaats op vrijgekomen kopakkers van vroegruimende gewassen zoals granen, graszaad, pootaardappelen, plantuien en vlas. “Komt er wortelonkruid voor in de strook voor de rand? Bestrijd dit dan vóór het zaaien, bij voorkeur mechanisch”, adviseert Bas Allema, agro-ecoloog bij WUR. “Een vals zaaibed is ook aan te bevelen; zo kun je najaarskiemers aanpakken. Hoe schoner de bodem voor het zaaien, hoe langer en meer plezier je later van de rand hebt.”
Aandachtspunt: wat er na het zaaien nog aan onkruidbestrijding kan gebeuren, hangt af van het afgesloten ANLb-pakket. “Er zijn veel verschillende pakketten met uiteenlopende eisen, bestudeer die dus goed”, adviseert Allema.
Slootonderhoud
Eventueel gepland slootonderhoud is het beste vóór de aanleg uitvoeren. Zorg ervoor dat slootvuil zoveel mogelijk op de rand van de insteek blijft. Bij groter onderhoud kan bagger het beste over de rand heen worden afgezet.
Opkomst bevorderen
De rand kan gezaaid zijn met een normale graanzaaimachine. Bij sommige machines kunnen de zaaipijpen op verschillende dieptes ingesteld worden, waardoor zowel fijne als grove zaden goed opkomen. Een voldoende fijn zaaibed is belangrijk, net als het aandrukken met een rol na het zaaien om de capillaire werking te herstellen. Zaai bij voorkeur vlak voor een regenbui.
Streekeigen zaad
Een richtlijn voor de zaaizaadhoeveelheid is 20–25 kg per hectare, afhankelijk van het mengsel. Meer informatie over de samenstelling van mengsels is beschikbaar bij leveranciers. Op Groenwijzer staat uitgebreide informatie over geschikte kruiden en grassen voor akkerranden, met oog voor het beoogde doel.
Gebruik bij voorkeur genetisch inheemse mengsels die passen bij de streek. “Exoten of veredelde soorten kunnen een bedreiging vormen voor inheemse populaties”, waarschuwt Allema.
Na de zaai
Bemesten van de rand is meestal niet wenselijk en in ANLb-pakketten vaak niet toegestaan. Maaien in het jaar van aanleg is afgeraden, zodat de rand voldoende massa kan ontwikkelen voor de winter. Onkruid kan, indien toegestaan, buiten de bufferstrook pleksgewijs chemisch of handmatig worden bestreden. Een jaarlijkse inspectie van de rand blijft aanbevolen.
Voor randen in het kader van het GLB of via Agrarische Natuurverenigingen gelden vaak aanvullende regels, zoals het niet berijden van de rand.
Praktische tips
De praktische tips in dit bericht zijn ook terug te vinden op Groenwijzer.nu, tot stand gekomen via een Kennis op Maat-project met initiatiefnemers als Agrarische Natuurvereniging Hollands Noorden, Agrifirm, Artemis, BO Akkerbouw, Cosun Beet Company, Coöperatie Collectief Hoeksche Waard U.A., BoerenNatuur Flevoland, Van Iperen, LTO Nederland, LTO Noord, NFO en WUR Open Teelten.
Bron: BO Akkerbouw




