Aangezien de komende weken de eitjes van de nieuwe populatie ritnaalden zullen worden afgezet, is het nu het juiste moment om als teler na te denken over een geschikte beheersingsstrategie. Monitoring speelt hierin een belangrijke rol.
Als larve van de kniptor kunnen ritnaalden veel schade veroorzaken aan verschillende gewassen. Onder andere de knollen van aardappelen ondervinden hier hinder van. Aangezien deze larven zo’n vier tot vijf jaar in een perceel kunnen huisvesten, is het belangrijk om te kiezen voor een geïntegreerde aanpak.
“Met een geïntegreerde aanpak van ritnaalden kun je het probleem verminderen of zelfs grotendeels voorkomen. Met het wegvallen van middelen wordt dit steeds belangrijker”, vertelt Pol van de Vijver, Verkoopleider bij Farmplus. Een bouwplan-brede aanpak om schade van ritnaalden te voorkomen past dan ook perfect bij ICM (Integrated Crop Management).
Kniptor Monitor
Dit begint bij het voorkomen van de populatie-opbouw in percelen met granen en graszaad. Hiervoor is het belangrijk om op de hoogte te zijn van de huidige stand van zaken als het gaat om de grootte van de populatie ritnaalden in een perceel. Hiervoor werkt Farmplus met de Kniptor Monitor, waarbij een val met feromonen de mannetjes van de twee schadelijke ritnaaldsoorten (Agriotes lineatus en Agriotes obscurus) aantrekt. Door iedere week de vallen te legen, het aantal kniptorren te tellen en dit in te vullen in het klantportaal van Farmplus, krijgen telers automatisch een bespuitingsadvies op maat.
Over het algemeen is de richtlijn dat een perceel van vijf hectare vraagt om vier kniptorvallen. Vervolgens komen iedere vijf hectare twee extra nieuwe vallen erbij. Maar deze richtlijn is niet waterdicht. “Soms is het zo dat de ene val aangeeft dat je nu moet spuiten, terwijl op een ander gedeelte van het perceel dit nog niet nodig is. Dan denken wij natuurlijk als adviseurs mee.”
Krimpende populatie ritnaalden
Door op het juiste moment bespuitingen uit te voeren, worden de kniptorren bestreden, voordat ze eitjes af kunnen zetten. Op deze manier wordt de opbouw van een populatie voorkomen. Na enkele jaren plukken telers hier duidelijk de vruchten van, volgens Van de Vijver. “Het legen van de vallen en het tellen van de kniptorren vraagt wel even wat werk, maar op de lange termijn doet het veel voor je gewas. Dat is onderdeel van een geïntegreerde aanpak. Door te kijken naar het grotere plaatje, werk je meer vooruit.”
Andere methoden
Naast monitoring van de populatie spelen onder andere aandacht voor perceelskeuze en gewasrotaties een belangrijke rol in de beheersing van ritnaalden. Voorbeelden hiervan zijn het inzetten van de juiste groenbemesters, waarbij grassoorten worden vermeden. Daarnaast kunnen biostimulanten helpen, die planten weerbaarder maken tegen de aantasting van ritnaalden.
Alhoewel de Kniptor Monitor al ruim twintig jaar wordt toegepast, neemt het aantal aanmeldingen de laatste tijd toe. Dit komt onder andere door het wegvallen van het aantal toegestane middelen, maar ook door een groeiende interesse in ICM. Deze manier van bedrijfsvoering is dan ook iets wat Farmplus steeds vaker toepast in haar adviseringen.
Tekst: Kim Sjoers
Beeld: Shutterstock