Het natte voorjaar, storm Poly en de vele buien in juli en augustus zorgen voor de nodige uitdagingen in de kwaliteit van Nederlands tarwe. Vooral de kwaliteit van de voertarwe lijkt een stuk lager te liggen dan vorig jaar. De kwaliteit van baktarwe lijkt ondanks het wisselvallige weer wel relatief goed te zijn. Volgens WUR-onderzoeker en projectleider Erik Reijnierse is dat goed nieuws voor de PPS Baktarwe.
Aandeel Nederlands baktarwe in brood laten groeien
In de Publiek Private Samenwerking (PPS) Baktarwe werken twintig ketenpartijen samen om meer graan van eigen bodem in onder andere brood te krijgen. De komende vijf jaar voert Wageningen University & Research (WUR) onderzoek uit om de belemmeringen rondom Nederlands baktarwe weg te nemen. Het uiteindelijke doel is om het aandeel Nederlands baktarwe in brood significant te laten groeien.
Reijnierse: “Afgelopen jaar was het vooral in het midden, noorden en oosten van het land behoorlijk nat. Dat betekende dat er veel schot optrad en de kwaliteit van de tarwe achteruit ging. Vroeg geoogste baktarwe uit vooral het zuidwesten blijkt gelukkig van goede kwaliteit te zijn en dat is goed nieuws voor het eerste onderzoeksjaar van de PPS. Daar kunnen we iets mee.”
Een robuuster palet aan tarwerassen
Eén van de partners in de PPS is meelproducent Koopmans. Zij doen niet alleen mee in dit onderzoek, maar hebben ook hun eigen merk genaamd ‘Nedertarwe’. Meer dan de helft van al het meel dat zij aan de brood- en banketbranche leveren is afkomstig van Nederlands graan.
Volgens Bauke Wierda, inkoopmanager bij Koopmans, hebben zij dit jaar minder last van het slechte weer omdat 65 procent van het graan voor 20 juli is geoogst. “Wij hebben voldoende goede kwaliteit tarwe geoogst in de droge periode om onze klanten dit seizoen van kwalitatief goed brood en banket te voorzien.”
Door klimaatverandering komen natte periodes en droge maanden steeds vaker voor. En dat kan dus effect hebben op de kwaliteit van de tarwe. Toch ziet Wierda het positief in. “De verwachting is dat het rassenonderzoek, dat uitgevoerd wordt binnen de PPS Nederlandse Baktarwe, een robuuster palet aan rassen gaat opleveren voor de maalindustrie.”
Eens in de 10 jaar
Voor Agrifirm, ook één van de partners in de PPS, liggen de zaken iets anders. Zij hebben niet voor 20 juli geoogst. Manager afzet Aart den Bakker legt uit: “Wij hebben alles pas na de regen geoogst. Daardoor is er niet alleen veel schot, maar heeft de tarwe ook een lager hectolitergewicht dan anders.” Dat betekent onder andere dat de tarwekorrel een stuk kleiner is dan normaal.
Volgens Den Bakker is vooral de tarwe uit het zuidoosten, het midden en het noorden van het land van mindere kwaliteit. En dat geldt vooral voor het voertarwe. De kwaliteit van de baktarwe lijkt relatief gunstig uit te vallen. “We hebben voor bepaalde rassen baktarwe gekozen omdat die bekend staan als betrouwbare rassen. Dat lijkt zich nu uit te betalen.” Ondanks de slechte weersomstandigheden van 2023 en de uitdagingen die daaruit voort vloeien ziet ook Den Bakker het positief in. “Zo’n zomer maak je eens in de 10 jaar mee. Met een mooi seizoen pakt alles weer goed uit.”
Bron: WUR
