De komende weken worden de eindconcepten van de Regionale Energie Strategieën (RES) gepresenteerd aan de gemeenten. Nederland is verdeeld in 30 RESsen, welke in het leven zijn geroepen om duurzame energie op te wekken. Noord-Brabant kent vier regio’s met opgaves die verschillen van 1 – 2,5 TWh. 1 TWh staat ruwweg gelijk aan 152 windturbines (3MW/turbine) of 1665 hectare zonneveld (0,8 MW/ha). Zonder goede regie op de plaatsing van al deze windmolens en zonnepanelen betekent dit een aanslag op het landschap. ZLTO vindt dat duurzame energieprojecten geen verslechtering van de landbouwstructuur mogen veroorzaken.
Ontwikkelingsperspectief bij toekomstgerichte boeren
Het ontwikkelingsperspectief van (jonge) toekomstgerichte boeren dient voorop te staan. Dan gaat het bijvoorbeeld om grondgebondenheid en weidegang. Bovendien dient de opwekking van duurzame energie sociaal te zijn, dat betekent dat de lusten en lasten in de omgeving van een project evenwichtig zijn verdeeld. Op deze twee punten lijkt het mis te gaan bij de uitvoering van de RESsen in Noord-Brabant: de opgave wordt niet als één gezamenlijke taak gezien, waardoor iedere gemeente zelf aan de slag gaat met zon- en windprojecten en er dus een enorme versnippering ontstaat van projecten in de regio. Gemeenten lijken niet bereid om de regionale opgave leidend te maken en hier bestuurlijk in samen te werken1. Het is echter nog niet te laat, want deze weken worden de concepten van de RESsen aan de gemeenteraden gepresenteerd.
Een goede samenwerking
ZLTO roept de Brabantse gemeenten op om samen met boeren en burgers serieus werk te maken van een burger- en boervriendelijke energiestrategie waar iedereen trots op mag zijn. Hendrik Hoeksema (ZLTO-bestuurder): “De vraag naar de opwek van duurzame energie zou weleens de grootste verandering in ons landschap teweeg kunnen brengen sinds de ruilverkaveling. We zien veel voorbeelden van mooie projecten en goede initiatieven, bijvoorbeeld in het land van Maas en Waal en West-Brabant. Maar op een aantal plekken dreigt het ook ontzettend mis te gaan. Als we dat laten gebeuren plukken we daar over een tijdje allemaal de zure vruchten van, de betrokken boeren voorop.”
duurzame energieopwekking
Meer dan 40% van alle hernieuwbare energie werd in de afgelopen decennia geproduceerd op of bij een boerenerf (wind en zon) of in de kas. Daar zijn we trots op. De ruimtelijke inpassing van grootschalige duurzame energie heeft grote impact op de land- en tuinbouwsectoren, aangezien die met zo’n 2 miljoen hectare grond in gebruik de meeste fysieke ruimte hebben om zon- en windprojecten te realiseren. Uit een onlangs gehouden enquête onder de leden van ZLTO blijkt dat 70% van de boeren het belangrijk vindt om een bijdrage te leveren aan duurzame energieopwekking (RVO, 2019).
Als burgers, boeren en overheid samen de schouders onder de RES-uitdaging zetten dan ontstaan er energieprojecten om trots op te zijn, met een breed draagvlak.
Voorbeelden zijn:
- Boer-burger samenwerkingen om lokaal zelf te bepalen waar energieprojecten gerealiseerd kunnen worden zoals in West Maas en Waal maar ook in Brabant zijn daar goede voorbeelden van zoals in Drimmelen. Tevens vinden energie coöperaties hun oorsprong in de agrarische sector zoals in Gilze-Rijen en Elsendorp.
- Coöperatieve energie projecten waarin boeren de handen ineenslaan om gezamenlijk windenergie te realiseren en waar lokaal draagvlak voorop staat. In Roosendaal, Oss en Waalwijk werken agrariërs samen om duurzame energie te produceren.
- Aanjagen van projecten waar zonne-energie en landbouw worden gecombineerd zoals in Meijerijstad
- Meer dan 35% van de agrariërs heeft al zonnepanelen op zijn dak, dat willen we verder stimuleren en kan ook in samenwerking met energie coöperaties. Burger- en boervriendelijk energie opwekken
Sociale boeren
ZLTO stimuleert en ondersteunt coöperatieve projecten waarin boeren meer zeggenschap hebben over waar en onder welke voorwaarden energieprojecten kunnen worden gerealiseerd. Dat vraagt samenwerking tussen de lokale ZLTO-afdelingen, individuele boeren, energiecoöperaties en omwonenden. Zo blijft draagvlak gegarandeerd voor de energieproductie door boeren. Voorkomen moet worden dat de opbrengsten naar buitenlandse investeerders en externe projectontwikkelaars wegvloeien. ZLTO vindt dat tenminste de helft van de energieprojecten door boeren sociaal moet zijn, uiteraard moet vooral de boer zelf profiteren van de opwek van duurzame energie op zijn grond.
bron: ZLTO.nl