“Als de grond niet goed was geweest, dan was er nog niemand aan het poten”, zo stelt Kor Berghuis uit de Groningse gemeente De Marne. Afgelopen week zijn op het akkerbouwbedrijf van Berghuis de pootaardappelen de grond ingegaan. “Als je realistisch bent, is het eigenlijk te koud. Het is een heel mooi voorjaar, maar soms denk ik weleens: waar zijn we nou eigenlijk mee bezig?”
Het is belangrijk dat het pootgoed vanuit de koeling iets opgewarmd wordt en droog blijft om te voorkomen dat je nat pootgoed in de grond stopt. Berghuis: “We houden daar ook rekening mee en warmen ze op, maar even later liggen ze weer in koude grond. Dat komt een beetje vreemd over, maar goed het is niet anders.”
“Er zit totaal geen groei in”
Berghuis stelt dit min of meer als grap, maar zoals altijd schuilt er achter iedere grap een bepaalde mate van waarheid: “De temperatuur is gewoon veel te laag. Je ziet dat de aardappelen die drie weken geleden de grond in zijn gegaan nog net zo liggen als toen. Er gebeurt niet zoveel. Dat is met de bieten en uien hetzelfde. Ze komen boven, maar daar is het ook wel mee gezegd. Er zit totaal geen groei in.”
Vooruitzichten weinig hoopgevend
De akkerbouwer wil dit niet toeschrijven aan eventuele vorstschade: “Nee, daar hebben we hier geen last van. Er zal hier en daar best een biet zijn die schade heeft, maar dat stelt gelukkig niet veel voor. We hopen dat de temperatuur zo snel mogelijk de hoogte in schiet. De vooruitzichten zijn nog niet echt hoopgevend. Op de wat langere termijn lijkt het wat beter te worden, maar zo ver is het nog niet.”
Lees verder onder afbeelding
Effecten
De lage voorjaarstemperaturen houden volgens Berghuis net iets te lang aan: “We kunnen het weer niet veranderen, maar de start van het groeiseizoen is moeilijk. Als er geen slagregens komen, dan zal het uiteindelijk effect wel meevallen. Als de grond nu ook nog dichtslaat, dan kun je het wel schudden, maar dat is (gelukkig) nog niet aan de orde. Als ik kijk naar de structuur van het bietperceel: die ligt er nog net zo mooi bij als toen ik gezaaid heb. We klagen dus niet, maar het mag best een beetje warmer worden.”