Soms heb je als teler een innovatief idee, maar niet de mogelijkheid om dit op een eigen perceel te testen. Dan kan er worden aangeklopt bij De AgroProeftuin Noordoost-Brabant in Zeeland. Op één van de vijftien proefvelden voerden agrariërs afgelopen jaar ieder hun eigen experiment uit. Op 27 juni toonden zij hun resultaten.
In zijn zoektocht naar de ideale bemestingsstrategie past akkerbouwer Ron Peters op een proefperceel met aardappelen een slow release meststof toe. In de eerste instantie om uitspoeling te verminderen, maar ook om de kwaliteit van de frietaardappelen te verbeteren, die de akkerbouwer teelt voor Lamb Weston. Een slow release meststof zorgt namelijk voor een gestaagde groei met mooiere knollen als gevolg.
Het perceel op zandgrond heeft 26 kuub rundveedrijfmest gehad voorafgaand aan de teelt. Op de helft van het perceel is dit aangevuld met KAS. De andere helft ontving een slow release meststof aan het begin van het seizoen, dat geleidelijk wordt afgegeven aan het gewas.
Sturen met stikstof
“Dit frietras heeft een behoefte van 220 tot 250 kilogram stikstof. Dat ligt aardig hoog”, aldus Peters. “Aangezien we steeds minder stikstof mogen geven, kom je op een gegeven moment op een kantelpunt. Neem je genoegen met het feit dat het gewas vier tot vijf weken eerder afrijpt, met minder kilo’s als gevolg, of ga je zoeken naar alternatieve bemestingsstrategieën? Wij kozen hier voor de tweede optie.”
Op het moment van de open dag staat het gewas in bloei. Er zijn op het oog geen grote verschillen te zien tussen de beide bemestingsstrategieën? Later in het seizoen zullen dan ook plantsapanalyses worden uitgevoerd en grondmonsters worden afgenomen om te achterhalen wat de effecten zijn van de verschillende bemestingsstrategieën.
Prijs of arbeid
In de toepassing ziet de akkerbouwer al wel duidelijke verschillen. Hij vertelt: “Een slow release meststof is natuurlijk duurder. Je strooit het één keer en weet vervolgens niet wat ermee gebeurt. Werken met KAS is arbeidsintensiever, maar je kunt wel meer sturen tijdens het groeiseizoen door een extra stikstofgift te geven, wanneer dat nodig is.”
Om uit de voeten te kunnen met minder stikstof roept de akkerbouwer veredelaars ook op om te werken aan rassen met een lagere stikstofbehoefte. “Want enkel met andere bemestingsstrategieën komen we er niet.”

Op het moment van de open dag staan de aardappelplanten in bloei.
Nieuwe teelten bij AgroProeftuin
Als boomkweker was Bert Peters op zoek naar andere producten die hij kan inzetten als veenvervanger in potgrond. Daarom experimenteert hij bij De AgroProeftuin met vijf verschillende vezelgewassen: miscanthus (olifantsgras), zonnekroon, sorghum, hennep en vlas.
Op de open dag legt Peters met name de focus op het meerjarige gewas miscanthus, dat hij drie jaar geleden op dit perceel heeft gezaaid op een plantafstand van 75 centimeter. Inmiddels is het gewas uitgebreid uitgestoeld en staat het enkele meters hoog.
In het eerste jaar heeft Peters nog onkruidbestrijding uitgevoerd, maar nu is de input voor dit gewas nul. Door het uitstoelen van het gewas en neervallen van bladeren krijgen nieuwe onkruiden geen kans. De bladeren verteren en dienen als voeding voor het nieuwe groeiseizoen.

De miscanthus staat voor het derde jaar op rij op dit perceel.
Daarnaast kan het gewas op verschillende grondsoorten worden geteeld, en kan het goed omgaan met langere periodes met neerslag. Het saldo is vergelijkbaar met mais en miscanthus kan als rustgewas worden ingezet, dat tot wel twintig jaar productief blijft. Na de oogst, in maart of april, groeien de stoppels in het voorjaar weer aan.
Breed inzetbaar
Miscanthus kan ook worden ingezet als basis van bouwmaterialen in bijvoorbeeld isolatieplaten en beton. Verschillende partijen, waaronder Building Balance, werken aan de afzet van dit product. Ook kan het worden ingezet voor de productie van papier, als veenvervanger in potgrond, of als afstrooimiddel voor potplanten.
Tekst en beeld: Kim Sjoers




